klik hier klik hier
Terug

Bol in de grond of de pot

Waarschijnlijk heeft u ze alweer gekocht, gekregen of al in de grond zitten, de bollen! Voor mij een reden om er wat over te zeggen want bollen horen bij de tuin in het najaar omdat ze dan de grond in moeten en bij het voorjaar omdat we na de winter dol zijn op al die tedere kleurtjes die uit de bonkige aarde komen.

Nederland is natuurlijk ook een land van bollen, want in de Gouden eeuw zijn we er rijk van geworden, ze hebben ons door de tweede Wereldoorlog geholpen, en bovendien is onze Keukenhof wereldberoemd. En in het buitenland is de tulp bekender dan onze leeuw. Uit deze licht cynische toon leest u waarschijnlijk af dat ik niet een fervent bollenliefhebber ben. Ik vind ze té gekunsteld en té gekweekt, prachtig hoor, die kleur en fijne tekening in de bloemblaadjes van de nieuwste tulp, maar het is net als met orchideeën, ze zijn zo mooi dat ze niet meer echt zijn.

Echter, ik wil niet alle bollen over een kam scheren, want de winteraconiet, de eerste bloeier onder de bollen, de sneeuwklokjes, bosanemonen, blauwe scilla's en vooruit, ook de crocussen mogen wel. Zij zijn namelijk lekker vroeg, als de neuzen van de vaste planten nog nauwelijks voor het blote oog waarneembaar zijn. Bovendien zaaien ze zich uit en vermeerderen ze zich spontaan.

Als de vaste planten zich echt beginnen te manifesteren zijn die vroege bolletjes zich al weer aan het terugtrekken, dat wil zeggen ze zijn uitgebloeid en hun loof ligt als een platgeslagen balletjurk over de grond. In tijden van regen wordt het al snel een papperige, slijmerige massa, die snel verteerd is. Maar hebben we een droog voorjaar dan kan dat loof wel eens storend zijn. In zo'n geval pak ik de hele bos bij elkaar en leg er een knoop in. Alle bollen die later dan begin maart bloeien gooien we dus uit de tuin.

Wilt u ze tóch, plant ze dan in potten, wat mij betreft de enige manier om met de later bloeiende bollen te werken, want u kunt van een pot een kleurig minituintje maken. De geraniums, vlijtige liezen en petunia's zijn nu wel over hun hoogte punt heen, dus die kunnen de compostbak in.

U vult een gemiddeld grote pot met een laagje tuinaarde en legt, afhankelijk van de diameter van de pot 3 of 5 of 7 grootbloemige narcissen op de bodem u stopt de narcissen onder een nieuw laagje aarde en plaatst daarop een 6-tal tulpenbollen zodanig dat ze niet boven een narcis liggen, vervolgens brengt u een laag crocussen aan, vroegbloeiende kortgesteelde narcisjes, of blauwe druifjes en ga zo maar door.

U kunt een bonte pot maken, of een geel-blauwe of een wit-gele combinatie, wat u maar wilt, maar het geheim is dat de vroege en kleine bolletjes bovenin zitten en de latere, grote bollen onderin, u heeft zo van februari tot eind april een waar bollenfestijn op uw terras.

Zorg wel voor gelijksoortige potten anders wordt het weer een rommelig geheel, gewone zwarte emmers met gaten onderin kan ook als u bang bent voor het bevriezen van de potten.
Stelt u zich eens voor een rij strakke zwarte emmers vol met gele narcissen langs het pad naar uw voordeur. Ze hebben de hele winter achterin de tuin gestaan en zodra de groene punten boven de aarde komen zet u ze waar u ze hebben wilt.

Behalve de bekende crocussen, tulpen en narcissen zijn er ook nog een bijzondere niet-alledaagse bollen, de Camassia cusickii bijvoorbeeld is een topper in april verschijnen aan lange stevige stelen helder blauwe stervormige bloemen, gedurende twee weken een sierraad in uw tuin.

Alliums, de familie van de ui, zijn er in vele soorten. Het zijn decoratieve paarse bollen in mei, die zich eigenlijk gedragen als vaste planten. Deze bollen zijn zo laat dat het verdorrende loof gemakkelijk tussen de andere planten weggefrommeld kan worden.

Onze gewone knoflookteen is ook een Alliumsoort en als u een paar tientallen tenen nu plant tussen andere lage planten heeft u een paar weken in juni een wuivende massa van enige paarse bloemetjes met een bekende geur.

© Marjet Maks

startpagina